Baars is één van de meest voorkomende vissoorten van Nederland. Je vindt deze vis in zowel stilstaand als stromend water in ons hele gebied. Het zijn zichtjagers. Dus ze houden van helder water.

Uiterlijk

Met zijn gestreepte lichaam en rode vinnen kun je deze soort erg makkelijk herkennen. De baars heeft een kenmerkend patroon van meestal zes donkere dwarsbanden. De voorste rugvin en de buik- en borstvinnen hebben een harde scherpe punt. Als je hierdoor geprikt wordt, kan het erg irriteren door het slijm van de vis.

Dieet

Jonge baars eet plankton en insecten. Als ze ongeveer 10 centimeter zijn baarzen echte carnivoren. Hu dieet bestaat dan voornamelijk uit kleine vissen, insecten, wormen en kreeftachtigen. Ze jagen meestal op prooien die kleiner zijn dan henzelf. Soms eten ze ook andere soorten baarzen en zelfs hun eigen soortgenoten. De baars is een zichtjager. Hij heeft dus helder water nodig. 

Voortplanten

De baars plant zich voort in de lente en vroege zomer, als de watertemperatuur tussen de 8 en 12 graden ligt. Tijdens het paarseizoen krijgen de mannetjes een feloranje buik, de vrouwtjes een gelige tint.

Het paaien gebeurt in ondiep water, bij voorkeur op een hardere ondergrond, zoals grind of zand. Het vrouwtje zet haar eieren af in een netvormige draad van eitjes op waterplanten, boomwortels, takken of stenen. De eitjes zijn kleverig en blijven daardoor aan de ondergrond plakken.

De eitjes worden, anders dan bij andere vissoorten, nauwelijks beschermd tegen andere vissen en roofdieren. Opvallend is dat deze andere vissen echter veelal van de eitjes afblijven. Afhankelijk van de watertemperatuur komen de eitjes na ongeveer een tot vier weken uit.

Natuurlijke vijand

Baarzen hebben verschillende natuurlijke vijanden, waaronder andere roofvissen, watervogels en vissers. Om zichzelf te beschermen hebben baarzen scherpe stekels op hun rugvin en een schubbenpatroon dat helpt om hen te camoufleren.

> Herken jij de soort?