De fuut komt in ons hele gebied als broedvogel voor in stadsparken, vennen en beken. De fuut is goed herkenbaar aan witgemaskerde kop die overloopt in een bruinrode kleur met boven op zwarte kopveren. Zijn ogen zijn felrood. Het mannetje en vrouwtje zijn identiek.

Voedsel

De fuut eet vooral vis, die hij duikend vangt in water met niet al te dichtbegroeide onderwaterplanten. Vissoorten die hij eet zijn voorn, alver, serpeling, riviergrondel, rietvoorn, brasem en stekelbaars.

Steeds meer futen

Het aantal futen in Nederland nam in de twintigste eeuw sterk toe. Dit als gevolg van bescherming van de vogel, een beter voedeselaanbod door meer vis in het water en door de komst van stadswateren meer leefgebied. 

Voortplanting

De futenbalts is een mooi tafereel om te bekijken: de partners zwemmen tegenover elkaar en schudden heftig met de kop, duiken als synchroonzwemmers tegelijk onder en komen weer omhoog met waterplanten in de bek, waarna ze op het water dansbewegingen uitvoeren. 
Futen nestelen op veel plaatsen in beken, stadsvijvers en grachten. Het nest ligt in water, gefixeerd aan begroeiing of tak, bij voorkeur goed verborgen in riet. De jongen verlaten al snel nest en worden op de rug oudervogels warm gehouden.